vrijdag 31 januari 2020

Auschwitz


C foto: Jan Louis v.d. Oever


Ik kijk naar die poort
waarachter de haat
de onmenselijkheid
de gruwelijkheden
het geweld
en de waanzin
welhaast
nog tastbaar zijn

Ik kijk naar die barakken
met hoge ramen
zonder uitzicht op hoop
met gebroken reflecties
van ogen die staren,
zichzelf niet herkennen
Ogen die niets meer zien
omdat het te erg is
beschamend
schrijnend
mensonterend
maar zo waar
dat alleen de ogen
eraan kunnen ontsnappen

De schoorstenen
ik zie ze voor me:
zwartgeblakerd
Ik ruik die lucht van verderf,
van de alles verstikkende rook,
ten hemel schreiende klanken
met zich meevoerend
en zielepijn
en doodsangst
en vermoorde onschuld
recht omhoog
of weggeblazen door de wind

Maar die eeuwig stinkende rook
is hoe dan ook
blijven hangen
boven dit verlaten oord,
vormt in de lucht
in diepzwarte inkt
woord voor woord:
"Dit nooit meer..."

vrijdag 24 januari 2020

Reflectie


De vrouw van nu
is het meisje van toen
De vrouw van nu
en het meisje van toen
ontmoeten elkaar
In herinneringen
De vrouw van nu
herkent
het meisje van toen
in allerlei dingen
maar het meest
in het dromen
en de hoge verwachtingen
met het bekende bedrog
en teleurstellingen
tot gevolg
steeds maar weer
De vrouw van nu
-desondanks-
blijft naief
blijft dromen
blijft hoopvol
als het meisje van toen
Het meisje van toen
is de vrouw van nu
heeft van alles ervaren
is gegroeid
in lengte van jaren
heeft geleerd
van goed en verkeerd
van vreugde en pijn
maar zal voor altijd
het meisje van toen
willen zijn
                                                                                    Foto 1: 1966 Betty Bleijswijk- de Bode
                                                                                    Foto 2: 2014 Dirk v Egmond